Stel dat wat nu volgt over 100 jaar door
taalarcheologen bestudeerd wordt. Zeker weten dat ze daar helemaal blij van
worden. Absoluut. Het is een cadeautje, zeg maar. Ze ontdekken een eigentijdse
woordenschat 2019! En zo’n vondst komt dan echt wel binnen, bij die
onderzoekers.
Analyseren, uitpluizen, verklaren: ze zien hun droom uitkomen.
Bij aanvang hebben ze nog helemaal zoiets van ‘dát gaat ‘m dus niet worden’.
Halverwege komt het besef: 'dit avontuur leidt tot ontdekkingen die ons leven op
zijn kop gaan zetten. Dit wordt echt een achtbaan, waarin we terecht komen. Of
liever nog in een rollercoaster. Supermooi! Niets gebeurt zonder reden: dit
hebben we verdiend!'
De reconstructie van het taalgebruik 2019 die
zo optimaal mogelijk uitvoeren, bezorgt ze een tsunami van wow- en
kippenvelmomentjes. ‘Echt helemaal te gek’, zullen velen zeggen. Stond zo’n
ontdekking nog op hun bucketlist? Echt wel.
Hun conclusie luidt dat de auteur alles heeft
gegeven en de woorden uit een authentiek gevoel op papier heeft gezet. Een
opstelling waardoor de hij dicht bij zichzelf heeft weten te blijven. De naam
van de schrijver is nog niet achterhaald; ... komt goed.
Duidelijk is hoe stevig de man - terwijl hij schrijft - achter de
tekst in z’n kracht staat en z’n moment weet te pakken. Hij neemt z’n
verantwoordelijkheid wanneer hij zich in de publieke discussie mengt die zo’n
waarde lijkt te hechten aan het ‘volgen van je gevoel’.
Hun wetenschappelijk onderzoek leidt tot een
publicatie. Perfect! Dat wordt dan genieten.
En de inhoud van die tekst? Gebakken lucht?
Ach ja, het is wat het is ...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten