Ik ben best tevreden met
mijn voornaam: Harry. Heb ik ook nooit iets aan willen veranderen. Oogluikend
sta ik toe dat een select gezelschap knipt (Har) of plakt (Harrieke). ‘Harry’
is prima. De schrijfwijze had ook ‘Harrie’
kunnen zijn; op het doopprentje staat de spelling met een ‘y’. Moeder schijnt
nog ‘Jan-Hein’ als alternatief gehad te hebben en dit moest het afleggen tegen
de traditie waarin Henricus de doopnaam was voor haar vader, schoonvader,
echtgenoot en ‘ons eerste Harrieke’.
Met als gevolg dus veel ‘Harries’
in de familie van vaders- en
moederszijde. Overigens is ‘Harriën’ ook mogelijk. Om die reden is ‘Diejen auto
is van Harries’ in het Brabants net zo correct als ‘Diejen auto is van Harrië’.
De verbuiging richt zich naar de meervoudsvorm van de roepnaam. Overigens verwees
Georgina Verbaan in een interview ooit met ‘haar Harries’ naar haar borsten. Iets waarover ik wel een paar dagen heb lopen
grinniken.
Een gebruik in dat
bovengenoemde Brabants heeft mijn tevredenheid over ‘Harry’ een kort moment
doen wankelen. Dat vond plaats in een periode waarin ik ontdekte dat ‘’nnen
Harry’ in de streekstaal ook identiek kan zijn aan een ‘onhandig persoon’. Een
dutselaar. Zo hoorde ik een tijdelijk kandidaat-schoonzusje iemand afserveren
als ‘wènnen Harry’ en hoopte wat later een moeder dat haar jongste dochter niet
thuis zou komen met ‘zonnen Harry’. Eergisteren hadden stadsgenoten het
waarderend over ‘zonne snellen Harry’ en dat legde - ter balans - gelijk weer
enig gewicht in de andere schaal.
‘Harry’ is een naam die
je in het internationale verkeer ook niet uit hoeft te leggen. Of te herhalen,
bij een kennismaking bijvoorbeeld. Oké, Spanjaarden, Fransen en andere ‘romanen’
hebben wat moeite met de aspiratie waardoor ze uitkomen op ‘Arry’ of ‘Charry’.
Als de uitspraak blijvend problemen oplevert, heb ik geen bezwaar tegen Henri,
Enrique of plaatselijke varianten. In het Engels is ‘Tom, Dick and Harry’ het
equivalent voor onze ‘Jan, Piet en Klaas’.
‘Harry’ lijkt het in de
Angelsaksische wereld nog aardig te doen. ‘Harry Potter’ is een begrip en in de
familie geniet Harry Styles van One Direction populariteit bij tienernichtjes. In
Nederland worden al geruime tijd nauwelijks nog naamgenoten geboren. De
statistieken van het Meertensinstituut brengen zowel voor ‘Harry’ als ‘Harrie’
een lage score in beeld. Voor beide ligt de top in de periode (net) na de
Tweede Wereldoorlog. Al zo’n 30 jaar of langer bied ik bevriende dan wel
bekenniste zwangere dames een spaarbankboekje aan voor de Harry/Harrie-in-wording.
Dit heeft tot nog toe nog ‘ginnen Harry’ opgeleverd.
Ik kan me daar wel iets
bij voorstellen. Hoewel populair zal de figuur van Haagse Harry niet veel jonge
ouders inspireren bij hun gang naar de burgerlijke stand. Te plat. Harry Nak
uit de Dik Voormekaar Show verrijkte tijdelijk het taalgebruik met ‘Nou, … verstandig’,
plus enkele nou-varianten, wat niet tot een Harry-golf leidde. Op dit moment
wordt Harry Piekema, de vertolker van de supermarktmanager in de AH-reclame
zeer gewaardeerd, evenals de ‘Harry van de Sunweb’, zonder dat dit een Harry-hoos
oplevert.
Ik doe nog één poging:
Harry betekent ‘de machtige’, door roepnaamkeuzeboekjes vaak verwoord als ‘baas
in huis’. Nou ja, ‘in naam’ dan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten