In onze omgeving blijken
‘De Zonzoekers’ actief. Een soortement ‘collectief’ van Nederlandstalige
senioren die in deze hoek overwinteren of wonen. Het epicentrum ligt in Vera
Natura Urbanización Naturista; deelnemers komen daar uit de (verre) omgeving om
samen te wandelen, te gymmen, of een nieuwjaarsduik te nemen. De organisatie is
puur vrijwilligerswerk.
Op
maandag 30 december staan we op tijd bij het punt van vertrek voor de tocht die
om 10.00 begint. We maken kennis met de ‘vaste’ deelnemers en vervolgens vertrekken
we met zes auto’s richting Turre. Een reeks kronkelige wegen voert ons naar een
kleine parkeerplaats vanwaar we letterlijk op stap gaan. De marsleiders waren
hier al eerder. Het einddoel is een verlaten dorp. Al van ver kun je het tegen
een heuvel zien liggen. Op deze bewolkte ochtend is de grijze natuursteen van
de huizen moeilijk te onderscheiden van de rotsen.
Als
we na een stevige klim in de buurt komen, blijken alle daken te ontbreken.
Muren staan nog overeind en daarmee is alles gezegd. De plek heet ElMarchalico-Viñicas. Het jaar waarin de laatste bewoner van dit plaatsje in dit
karstgebergte de deur achter zich dichttrok, was 1969.
Voorheen
leefden de inwoners uit dit berggebied van kleinschalige land- en tuinbouw en
het houden van geiten. Omdat het water uit de eigen bron te veel kalk bevatte,
de school te ver weg was, de dokter niet in de buurt zat etc., trokken de
mensen weg.
Er moeten meer van dit soort verlaten gehuchten in de buurt zijn. We zullen ze de komende maanden tegenkomen. Een klein deel van de oorspronkelijke bewoners bleef in de buurt. De rest vertrok naar Zuid-Amerika en Catalonië. Die regio in het Noord-Oosten werkte en werkt - net zoals het eveneens ‘rijke’ Baskenland - als magneet op Spanjaarden die de toekomst van zichzelf en hun kinderen willen verbeteren. Deze aantrekkingskracht vormt in grote mate de verklaring voor de weerstand die bij zo’n 50% van de Catalanen leeft bij het streven naar de eigen onafhankelijkheid. Vooral in de verstedelijkte centra waar die ‘import’ zich de afgelopen decennia gevestigd heeft tekent zich die aversie duidelijk af. Zeker in kleinere gemeenschappen worden 'afvalligen' met de nek aangekeken.
Zoals
bij de eerdere ‘bananenpauze’ voor de klim, gaan ook nu de rugzakken open voor
water/koffie/thee en broodjes. Het gezelschap, dat behalve Nederlanders ook
Vlamingen, wat Duitsers en Engelsen telt, luncht als het ware op een balkon met
uitzicht op de Río Aguas die hier in de buurt ontspringt en op de grote weg richting Almería.
De
terugtocht leidt uiteindelijk door terrassen met sinaasappelbomen. Om daar te
komen, volgen we een geitenpaadje dat door wat stroompjes (met stapstenen)
voert. Als we tijdens de nazit op een terras in de buurt van Mojácar napraten,
komt de zon door. Een mooi einde van een interessante wandeling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten