zondag 4 augustus 2013

Nationaal Hitteplan

De fietstocht begint in Oosterbeek. Een naam die in niets lijkt te verwijzen naar de aanwezigheid van bossen en heuvels. Die zijn er wel degelijk: het dorp ligt op een stuwwal uit de zoveelste IJstijd, met aan de ene kant schaduwrijke landgoederen en aan de andere kant de Rijn, met uiterwaarden.

Via de knooppuntenroute naar Arnhem, waar het voor het zoveelste jaar nog steeds een warboel is vanwege de werkzaamheden bij het station. De Nelson Mandelabrug over en dan linksaf langs de rivier. Tijd voor een broodje voor het beleg oververhit raakt.

De zon schijnt flink en het moet deze 1ste augustus 32°C worden. Vanaf een bankje kijk ik over het trage water naar Arnhem. De meeste bebouwing blijft verscholen achter een rij hoge wilgen. Daarachter ligt ook het gebouw waar ik een deel van mijn pensioen verdiende. Nooit kunnen bedenken dat die gedachte hier op deze plaats door mijn hoofd zou gaan. Aangezien mijn arbeidsverleden een lappendeken is, moeten er meer van dit soort mijmerplekjes te bedenken zijn. Te veel voor een fietstocht van één dag. Zelf voor eentje op een e-bike. 

Huissen komt in zicht. De wat hybride Aárnemmers gaan hier carnaval vieren. Huissen is aan deze kant de meest noordelijke zuidelijke stad van ons land. 'Lang behoorde het tot het Land van Kleef', leest mijn vrouw voor vanaf haat i-Pad tijdens onze tweede pauze. Waar zouden we zijn zonder dat ding. Het Weense Congres voegde Huissen in 1816 toe aan Nederland. Zouden ze dat hier over drie jaar gaan vieren?

Op weg naar het pontje kom ik de aanduiding Overbetuwe tegen. Die naam verwijst naar de Bataven die in deze contreien woonden. Keursoldaten in het Romeinse leger. Ook de vrouwen wisten zich mondeling en schriftelijk in het Latijn uit te drukken. Bij Driel en Elst, iets terug naar het westen, barst het van de archeologische resten uit die tijd. Onder de protestantse kerk van Elst kun je de overblijfselen van twee Gallo-Romeinse tempels bezoeken. Het best bewaarde geheim van Nederland. Mijn werk - toen vanuit Amersfoort - bracht me regelmatig naar die memorabele site.

Aan de andere kant van de Rijn begint de Liemers. Het schijnt dat je hier al meer loop'n en fiets'n hoort. 'Liemers' komt van 'limes'. Hoewel ik die voormalige grens van het Romeinse Rijk in ons land nagenoeg blindelings kan tekenen, is dit gegeven nieuw voor me (merci i-Padfreak).

Loo, Duiven, Westervoort, en een derde pauze in het pasgemaaide gras van de Rijndijk. Zicht op Huissen. De laatste broodjes en bananen verdwijnen. Daarna opnieuw improviseren in de buurt van het station voor we de afdaling kunnen beginnen naar de oude kerk van Oosterbeek. Één van de weinige romaanse godshuizen in ons land. 

De mussen vallen inmiddels van het dak. Een fles koude witte wijn van een airco-frisse AH-winkel gaat mee richting siësta. 'Veel drinken', staat er in het Nationale Hitteplan. Waarvan akte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten