vrijdag 15 november 2013

La Giralda


Sevilla betekent de kathedraal bezoeken. De grootste gotische kerk ter wereld en naar omvang bemeten nummer drie op de lijst van de christelijke godshuizen. Dit gebouw moest het gezicht worden van het triomferende christendom. Geplaatst op moskeeresten die zelf ook weer iets bevatten van wat in tijd daarvoor kwam. Zo is er een Visigotische fontein, terwijl onder en in de toren Romeinse bouwfragmenten verwerkt zijn. Die fontein bevindt zich op de Patio van de Sinaasappelbomen uit de 12de eeuw. Op die plek waan je je in de Arabische wereld. Wat versterkt wordt door het uitzicht op la Giralda, de kerktoren die ondanks aanpassingen in veel kenmerken blijft herinneren aan het mohammedaanse verleden.

Drie torens in Marokko zijn van dezelfde architect. De top is van latere datum en dit gedeelte begint vlak bij de kerkklokken met wat traptreden. Daarvóór ligt een niet al te steil geplaveid 'pad' waarlangs de muezzin te paard omhoog kon gaan voor zijn oproep tot gebed. Vijf keer per dag deze weg te voet doen, is misschien ook wel wat veel gevraagd. Als ik boven sta, is het uitzicht over de stad naar alle kanten prachtig.

De kathedraal zelf bekijk ik met andere ogen dan tien jaar geleden. Bij het mausoleum van Columbus vraag ik me af waarom ik dat eerbetoon zo gekrompen vind. In mijn herinnering torenen de vier dragers met de kist hoog boven het volk uit. Stonden ze eerst niet op getordeerde zuilen? Nu bevindt het kwartet zich op gelijke hoogte met de bezoekers. Thuis zal ik er de oude foto's op naslaan.

Het 'retablo mayor', het reusachtige altaarstuk waaraan 80 jaar gewerkt werd, staat in de steigers. Tien jaar lang gaf de Bosschenaar Roque de Balduque als een van de beeldhouwers die Peter Dancart opvolgde, leiding aan het werk. Nu wordt dit immense altaarstuk van vuil ontdaan, waar nodig gerestaureerd en van een nieuwe verflaag voorzien. Een filmpje brengt aan de zijkant de huidige klus in beeld. Voor de stellage hangt een enorme foto met daarop het retabel. Ook zo maakt het grote indruk.

In de kerk kun je uren doorbrengen. Ik ben vooral geïnteresseerd in de 'Nederlands' klinkende namen van lieden die meewerkten. Behalve Rochus van den Bosch noteer ik die van de schilders Abraham van Dienbeek en Simón de Vos. Enrique Alemán, de eerste glazenier van de ongeveer 80 glas-in-loodramen in de kerk is van Duitse origine. Een van de vele kapellen blijkt gesticht door de 'Caballeros de Flandes', ingezetenen van Sevilla. Er was ten tijde van Roque de Balduque sprake van een 'Vlaamse natie', waartoe veel lieden uit het hertogdom Brabant en het graafschap Vlaanderen behoorden.

Dan is het rond 16.00 uur tijd voor het vervolg van de route 'Tapa y Jerez' waaraan ik gister begon. Twee adressen in de buurt van de kathedraal zetten heerlijke combinaties op tafel.

Om 21.30 uur ga ik opnieuw op pad en bezoek nog drie etablissementjes. Het eerste is 'La abaceria de San Lorenzo' dat eerder gesloten was. Het is alsof de oude kruidenierswinkel ook nog ingericht is als eetkamer. Wat ik eet aan dikke, lauwwarme tomatensoep is verrukkelijk. Een stuk in de route verder volgen kabeljauw met krenten en een combinatie van brood, gerookte ham met sterke kaas en chips. Alle drie ‘plus sherry’.

Als ik tegen middernacht door een aangenaam stil en verlicht Sevilla naar het hotel wandel, staat na enig geplus en gemin de culinaire inspanning van Az-Zait nog steeds op één. De route 'loopt' tot en met a.s. zondag. Kan mooi.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten