zondag 30 januari 2011

Betoogdag

Nog niet eerder troffen we zo'n stralend weer op onze jaarlijkse Toogdag (zie blog Toogdag). Niet alleen de zon zorgt op 29 januari voor een opgewekte stemming wanneer we elkaar om 14.00 uur begroeten. De wetenschap dat we de ons de komende uren op laag niveau door de binnenstad zullen bewegen, vormt ongetwijfeld een flinke stimulerende factor. Na wat inleidende administratieve strapatsen, begeeft het Bosch' Keldergenootschap zich opgewekt naar het eerste adres aan de Vughterstraat.

Via de binnentuin betreden wij een eenvoudig tongewelf dat door de huidige eigenaar puinvrij is gemaakt. Op een kleine stenen verhoging staat een kleine uitstalling van aangetroffen archeologisch materiaal. Een aantal panden verder komen we in een stadsgedeelte waar de rooilijn naar achteren werd verplaatst om ruimte te maken voor het gemotoriseerde verkeer. In een bedrijfspand gaan we de trap af. Aan de voorzijde van die kelder bevindt zich nog een veel dieper exemplaar dat zich tot onder de straat uitstrekt. Deze ruimte kwam bij toeval aan het licht toen op een dag de eigenaar bij wijze van spreken met zijn hand door de muur sloeg. Toegang is nog onmogelijk, maar onder de toog wacht een schimmige wereld op verdere exploratie.

Na een kleine betonnen onderaardse opslag in de Hinthamerstraat bezichtigen we bij de ‘overburen’ een zeer ruime kelder waar een cellebroeder ons een likeurtje aanbiedt dat Hansje-in-de-kelder heet. Deze uitdrukking verwijst naar zwangerschap en het drankje werd/wordt geschonken bij de aankondiging dat iemand ‘in den blijde’ is. (In dit geval gaat het om een volgend opaschap). Naar het schijnt is er een passende bokaal in de handel waarin bij het inschenken automatisch een poppetje komt bovendrijven.

Overigens staat het tuingereedschap dat door de hoge waterstand onlangs nog in deze onderaardse ruimte dreef, boven in de winterzon te drogen. Het pand is niet alleen diep, maar ook breed waardoor we onder hetzelfde dak nog een kelder kunnen bezichtigen. Door de aanwezigheid van de Binnendieze heeft ook hier tot voor kort water gestaan. De toog is van smalle steentjes en ziet er prima uit.

De finale vindt dit jaar plaats in de Schilderstraat, in het rijtje dat onlangs gerestaureerd werd door de gemeente. In drie panden bezoeken we twee kleine en een middelgrote kelder; hun historie gaat terug tot de 15e/16e eeuw. Bukken en genieten van deze pareltjes. Het eerste exemplaar bezit een put met helder water. De toegang tot de derde loopt via een houten kelderluik aan de tuinkant. Op een blinde dwarsmuur staat levensgroot een betoog, ‘vrij’ naar een gedicht van de Bossche Coby Coort uit de bundel ’s-Hertogenbosch Anders dan anders’ (1980). Het verhaal houdt de herinnering vast aan de voormalige bedrijfsactiviteiten hier ter plekke:

Hier zag je in grote lijsjes
Vaak hele mooie meisjes
Kwam er een heer doorhene
Dan showden zij hun ranke benen.
Zij gaven met hun ogen een knipje,
Dat zij vrij waren voor een wipje.
Het waren de meisjes van plezier
Je vindt ze overal, maar niet meer hier.

De meeste genootschapsleden gaan nu aan de borrel, voorafgaande aan de gebruikelijke teermaaltijd. Ik begeef me na de laatste kelder snel naar het station om in Eindhoven met oud-collega’s gepamperd in een skybox de wedstrijd PSV-Willem II te volgen. 'Les extrêmes se touchent' vandaag: vanuit de diepte naar een ‘verheven’ uitkijkpost.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten