Op zondagmorgen rijden we om 10.00 uur van Portobello Road op
het Otago Peninsula naar de stad Dunedin. We parkeren in het centrum om ons
vervolgens bij het VVV te laten informeren over een wandeling langs ‘emblematic
buildings’, zoals ik het omschrijf. De stad is gesticht in 1848. Rond die tijd
werd mijn overgrootvader Driek van den Berselaar geboren en dat jaar ligt in
mijn beleving niet zo ver weg. ‘Historical monuments’ was ook een passende
omschrijving geweest; die heb ik om genoemde ‘nabijheid’ omzeild.
Voor we gaan wandelen, bezoeken we het nabijgelegen openbare
toilet. Een van de fijne voorzieningen in de Angelsaksische wereld is de dichte
verspreiding van dit soort voorzieningen. In Groot-Brittannië, de VS en nu ook
hier altijd op loopafstand aanwezig: schoon en prima onderhouden. Gisteren was
er zelfs eentje op het schapenland tijdens onze excursie naar de zeeleeuwen en
andere dieren.
Als hiervoor gezegd, is Dunedin een kind van Schotse ouders. We
lopen langs St. Pauls’ Cathedral om vervolgens, tussen twee diensten in, bij de
First Church naar binnen te gaan. We worden er verwelkomd door een hartelijke
dame met wie we het hebben over ‘historisch besef’. Een mooi gesprek. Ligt voor
ons de Romeinse Tijd ver weg, voor haar was het op enig moment een eye-opener
om in Engeland te ervaren dat er huizen te koop stonden waarvan de
stichtingsakte het jaar 1500 aangaf.
We vervolgen onze tocht met het VVV-kaartje in de hand. De oude
gebouwen waren oorspronkelijk bedoeld als handelshuis, magazijn, hotel, werkplaats.
Ze staan tussen nieuwbouw of tijdelijke parkeerterreintjes waar voorheen iets
gestaan moet hebben. Vrijgekomen blinde muren zijn voorzien van reusachtige
schilderingen.
Op muziek
uit een draagbare radio/cd-speler staat iemand in traditionele kleding (wat ik
betitel als) Chi Gong te doen. De langzame bewegingen worden uitgevoerd onder
een Chinese poort. Tegen dat wij die plek bereiken, ruimt de persoon de spullen
op en verdwijnt in een huis dat qua bouwstijl bij de poort hoort. Het blijkt
een museum waarin de geschiedenis van de Chinezen uit en rond Dunedin wordt
verteld. Een bord buiten maakt duidelijk dat Dunedin en Sjanghai zustersteden
zijn. Wat hier staat, is een geschenk vanuit het oorspronkelijke moederland aan
haar nakomelingen in NZ, Tijdens de goldrush kwamen veel arbeiders en gelukszoekers
uit China hier; hun nakomelingen vormen - volgens de info - na zo’n 150 jaar
een hechte en gewaardeerde
kiwi-gemeenschap.
Iets
verder ligt het klassieke station. Een mooie klomp graniet dat zo in Edinburgh past.
Tijd voor een bezoek aan een sportwinkel. Daar kopen we een paar bergschoenen
voor mij. De oude (afgesleten) trappers heb ik thuisgelaten en morgen wil ik
droogvoets de wandeling naar de kleine geeloogpinguïns maken.
Na het middagmaal (vegasalade en een soortement erwtensoep)
rijden we naar het Catlins Mohua Park, in The Catlins Coastal Rainforest Park.
Voor het eerst deze reis verruilen we ‘harde weg’ voor de
zogenoemde ‘gravel road’. Het spoor is ‘dubbelzijdig’ te gebruiken. Ik speur
naar passeerstroken; volkomen overbodig want we komen niemand of niks tegen.
Ook geen bord naar ons volgende adres; deze aanwijzing zou volgens de
beschrijving op een bepaald punt moeten staan.
Dan passeren we het terrein van een schietvereniging. Ik parkeer
en loop naar iets wat het clubhuis zou kunnen zijn van een handboogschutterij.
Aan de overzijde staan onder een afdak vier ‘rozen’; een persoon probeert
knallend zijn geluk.
‘Of we die container onderweg hebben zien staan. Met die balen
hooi. Nou, daar dus linksaf’.
Simpel. Voor ik bedank voor de aanwijzingen, vraag ik hoe
makkelijk hier wapens te krijgen zijn. Amerikaanse toestanden? De club mannen
lacht. Nee, er zijn strikte regels. Je kunt niet zomaar een vergunning krijgen.
‘En hoe verdedig je dan je gezin en eigendommen in dit
dunbevolkte land waar je als snel in de bush woont?’
Het antwoord wordt lachend gegeven: ‘Met de honkbalknuppel’. Ik
krijg er een amicale por bij ter verduidelijking.
Honkbal is hier heel populair.
We vinden snel de goede afslag. En het bord dat door wat bosjes
aan het oog onttrokken blijkt.
Onze cottage in de ‘eco accomodation’ bevat de nodige ruiten
waardoor we een geweldig uitzicht hebben op de groene heuvels om ons heen.
‘Alsof je woont in een landschapsschilderij’, zegt mijn vrouw als we voor de
avondboterham naar buiten kijken. Een wel zeer treffende omschrijving.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten