dinsdag 22 oktober 2013

Churrosverslaafd

El Médano is een Spaans dorp met uitzicht op zee. Er komen toeristen en die vallen niet echt op tussen de localo's en de autochtone weekendgasten uit Santa Cruz de Tenerife. Er is één bar van Britse signatuur. Daar zie ik 's morgens gasten achter witte bonen in tomatensaus. Aan de muur hangt of Arsenal 's avonds op Canal+ speelt. Elders regeert de Spaanse keuken in al zijn varianten. 

Zo komt de eigenaar van Vetusta-op-de-hoek (waar ik nu zit, want daar is behalve bier ook wifi) uit Oviedo, Asturië. Zijn kaart bevat onder meer chorizo in cidersaus. De baas van een tent verderop is vanuit Galicië hierheen getrokken. Hij adverteert met (t)huiswijnen uit het gebied boven de grens met Portugal.

Bepaald niet regionaal zijn de churros, die in geheel Spanje verkrijgbaar zijn. Ze smaken lekker als ontbijt, gedoopt in de koffie of wat suiker. Als tussendoortje kan ook heel goed. Of als lunch. Eigenlijk kunnen ze de hele dag door. Tijdens de tien dagen dat zij hier logeert, blijkt de jongedame deze Spaanse lekkernij een erg warm hart toe te dragen. 

Zo eten we ze uit een zak als lunch aan het strand van El Médano. In de churrería waar ik ze vers haal, volg ik het steeds weer boeiende bakproces. Uit een reservoir perst het meisje - via een metalen tuit - een lange sliert beslag en draait daarvan een concentrische worst in de gloeiende olie. Met twee hulpstukken beweegt ze deze slinger tot het baksel bruin is, waarna ze het geheel op een plaat laat uitdruipen en vervolgens in stukken van 15 cm knipt. Veertien stuks voor €2.

Wat dagen later vormen churros om 19.00 uur in Puerto de la Cruz een lekkere snack na een lange autorit langs en een wandeling op El Teide. We dopen ze in de warme chocolade. De volgende dag al kiezen we ze - na een eerder eiwit- en vitaminerijk ontbijt - als geïmproviseerde lunch in San Cristóbal de la Laguna. Dit als alternatief voor een bezoek aan Bodegón Tocuyo - gespecialiseerd in gerookte ham, kaas en almogrote - dat op zondag rustdag blijkt te vieren. Opnieuw zijn ze knapperig en helaas wat aan de vette kant. Maandag trakteert de jongedame zichzelf op een baksel aan het strand en op dinsdagmiddag eten we ze nogmaals om het niet af te leren. Mét suiker.

Haar enthousiaste aandacht hier voor churros is niet anders dan die van mijn Italiaanse neef voor kroketten met friet zo gauw hij in Antwerpen of Den Bosch is. Dan kan deze combinatie met gemak vijf werkdagen achter elkaar zijn lunch vormen. Het liefst met een dubbele Westmalle erbij. Daarna vliegt hij weer voldaan naar huis.

Op een woensdag vloog ook de jongedame weer naar huis en ik had het bij het afscheid nog even over afkickverschijnselen. Uiteraard zou ze de churros in geval van nood met enig gezoek ook binnen haar woonplaats wel kunnen vinden. Bijvoorbeeld bij ‘Tapas y Más’. Ik denk dat het wel meegevallen is. Want voor churros geldt hetzelfde als voor Frans stokbrood: zoiets smaakt nergens zo lekker als in het land van herkomst.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten