Maandagmorgen 7 mei
komt het nog steeds met bakken naar beneden. Anna zet om 08.00 uur met een
zeugma het ontbijt klaar en de alomaanwezige tv aan. Wie zich op dit moment van
de dag al te goed wil doen aan taart, heeft bij de ochtendhap meteen een
ruime keuze. Boven de bar voorspelt een als militair verklede weerman een
lichte weersverbetering. Hierdoor gesterkt, gaan we op weg naar de Nera.
Volgens onze instructeur Osvaldo Velo is deze stroom voor vliegvissers het
neusje van de zalm. Nu nog de papieren. Het verkrijgen daarvan vraagt weer het nodige geduld. Eerst naar het
provinciale meldpunt waar Osvaldo gisteren nog net geen hartverzakking kreeg.
Als je respectievelijk Van den Berselaar en Van den Hanenberg heet, in
's-Hertogenbosch en Liempde woont, vragen deze data de uiterste
spellingconcentratie van de noterende vrouwelijke ambtenaar. Na afloop maar eens kijken hoe we
dit keer ‘gedoopt’ worden.
Met de door haar geproduceerde papiertjes naar het postkantoor iets verderop.
Da's nou jammer: die vestiging is vandaag gesloten. De dame van de
bloemenwinkel weet waar we wel terecht kunnen: de berg op, waar het eigenlijke
dorp ligt. Weer nieuwe papieren, betalen en terug naar het meldpunt voor de
definitieve vergunningen. Onze namen en die van onze straten en woonplaatsen zijn
inmiddels een komisch geheel gaan vormen. Het is 11.00 uur als we de hengels
kunnen gaan prepareren. Het is droog en af en toe zien we de zon.
Een opmerkelijke gewaarwording om met een waadpak aan de stroom in te stappen.
Op het moment dat het water op kniehoogte komt, ben ik bang dat het over de
rand van mijn laarzen gutst. Een automatische reactie: ik moet er nog aan
wennen dat zoiets me met dit kledingstuk niet gebeurt.
Ik probeer al het geleerde in praktijk te brengen. Osvaldo alterneert tussen Jo
en mij om ons aanwijzingen te geven en de plekken te wijzen waar de vis zich
kan ophouden. Het water is in deze tijd nog koud en dan zwemmen de forellen voornamelijk dicht
bij de kant. Hij is een pratend en praktisch handboek. We werpen de lijn in het
water en in struiken en bomen. Breken het nylon snoer en verspelen vliegen.
Het loopt tegen 19.00 uur en we taaien af. Op het gedeelte van de rivier waar
we 's ochtends begonnen, doe ik nog één poging en zie de lijn wegschieten. Ik
sla en voel de weerstand. Veel gevecht is er niet: een ondermaatse vis. Het
beestje blijft ook zonder visserslatijn aan de kleine kant en tegelijkertijd is
het wel de eerste forel in mijn leven! Ik voel me opgetogen. Trots ook.
De angel heeft geen weerhaak en met een simpele beweging kan het
visje weer terug. Onze trainer roept het achterna: 'Stuur je moeder maar'. Die
moet ik dan maar tot morgen vangen. Tijd om naar het hotel te gaan. Waar
Anna-met-de-gitzwarte-haren wacht. Met de menukaart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten