zaterdag 2 juli 2011

Paradijs met briesje

Santiago de Compostela: druk op het plein bij de kathedraal. Daar is het lichaam van de apostel Jacobus begraven. Volgens de overlevering bracht hij het christendom naar Spanje. Hij werd onthoofd in Palestina waarna zijn resten terug kwamen naar Galicië. Zijn graf raakte vergeten en pas eeuwen later kreeg die bijzonder plek opnieuw bekendheid. Het eerste godshuis ontstond. Voor de grote kerk die er nu staat, arriveert en groep fietsers uit Portugal. De mannen leggen hun bepakte rijwielen neer, omarmen elkaar en gaan geëmotioneerd en bekaf in de zon liggen bijkomen. Meer pelgrims bereiken dit omvangrijke plein, te voet.

De plaats kon zich ontwikkelen als pelgrimsoord toen Jeruzalem in de 11de/12de eeuw voor de christenen moeilijk bereikbaar werd. Langs de route naar Santiago kwamen kerken en kloosters. De wegen liepen door het gebied dat niet of slechts kort door de Mohammedanen bezet was. De bouw van religieuze werken bracht handwerkslieden en kunstenaars uit andere delen van Europa naar het Iberisch schiereiland. Vanaf de 15de eeuw groeide de toestroom uit met name de Zuidelijke Nederlanden. Zo bouwde Enrique Egas in 1492 het 'gasthuis' naast de kathedraal van Santiago. Hij was de zoon van Egas Cueman. Die vestigde zich rond 1440 met zijn broer Hanequin de Bruselas in Spanje. Zij en hun nazaten werden hier de architecten van veel bekende kerken en kloosters. Hun Vlaams-Spaanse stijl geeft bijvoorbeeld de kathedraal van Toledo een opmerkelijke aanblik.

Santiago doet op deze zonnige zondagmorgen aangenaam aan. Ik drink en eet wat op de binnenplaats van het Costa Vella Café. In de beschutte tuin vormen schaduwrijke druivenranken en een klaterend fonteintje voor een klein paradijsje. De wandeling die ik daarna door de oude binnenstad maak, voert langs verstilde en authentieke hoekjes. Op een klein plein bruist het ineens van leven met de komst van een Gallicische dans- en muziekgroep.

Rond drie uur rijd ik naar Poio, gemeente Pontevedra. Daar heb ik gisterenavond laat via internet nog een kamer gereserveerd. Bij aankomst blijkt het kleine en nieuwe hotel Linares prachtig gelegen. De ontvangst door de familie is allerhartelijkst. Als ik wil, kan ik er 's avonds wat eten. Het zwembad heeft uitzicht op zee. In de verte zie ik het Isla de Ons. Ik bedenk met niet lang en installeer me lui op een ligbed. Het water blijkt zout en verfrissend. Met gemak houd ik het tot half negen uit. ' 'Paradijs met een briesje', denk ik halfsoezend. Om negen uur ga ik aan tafel. Moeder heeft heerlijk gekookt en vader bedient. Ik voel me verwend.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten