De discussie tussen de
auteurs reikt verder dan de vraag hoe ons brein werkt. De kwestie is welke stem
wij hebben in ons eigen bestaan. Is wat we denken te willen écht een eigen
beslissing? ‘Nee’, zegt de een. ‘Alles is voorgekookt’. ‘Natuurlijk’, roept de
ander. ‘Dat is wat ons tot mens maakt’. Ik heb weinig verstand van de materie
en het kost me veel kruim om het spelverloop te kunnen volgen. Wel raak ik
verslaafd. Even ontgiften tijdens een time-out en voorlopig houd ik het op een
ruststand van 1-1.
Wie de geit aan het
keutelen heeft gebracht, is me ontgaan. Als toeschouwer-met-leesdwang betreed ik het stadion
met de lezing van Ap Dijksterhuis’ ‘Het slimme onbewuste’. Vervolgens krijg ik
rode oortjes bij Dick Swaabs ‘Wij zijn ons brein’, gevolgd door ‘De vrije wil
bestaat niet’ van Victor Lamme. Ik raak zo geïnteresseerd, dat ik Lamme
februari jl. aanbied om mijn hoofd in zijn lab door de scanner te laten halen.
In mijn aanbevelend sms’je heb ik het over een hoeveelheid goed geconserveerde
grijze massa. Elastisch, denk ik. Prima getraind, meen ik. Nieuwsgierig, weet
ik. Nog elke dag kijk ik uit naar zijn reactie. Publieksbinding is best
belangrijk.
April wordt vervolgens
een opwindende periode met ‘De maand van de filosofie’. Bert Keizer slaat
geweldig van zich af met ‘Waar blijft de ziel?’ Voor onderzoekers als Swaab en
Lamme heeft hij prachtige one-liners op voorraad, zoals deze over gedachtelezen
met een scanner: ‘een fMRI-beeld lijkt even sterk op een gedachte als een
tafelpoot op een bloedvat’. Zijn kamp krijgt versterking van zwaargewicht Heman
Kolk die met zijn ‘Vrije wil is geen illusie’ in het strijdperk treedt.
Ondertitel ‘Hoe de hersenen ons vrijheid verschaffen’, een duidelijke rechtse
hoek naar Lammes ‘Over wie er echt de baas is in het brein’. Ons gedrag zou
niet opgebouwd zijn uit aangeleerde reflexen, maar uit aangeleerde
gedragspatronen die iets waardevols opleveren. Professoren die elkaar ‘voor z’n
harses’ geven. Hel volk applaudisseert beschaafd en de ME blijft gewoon lekker
bij het voetballen
Zijn mijn hersens echt
voldoende elastisch, genoeg getraind of snaps genoeg om dit alles te kunnen volgen?
Jan Verplaetse, meldt
zich met ‘Zonder vrije wil’
in het kamp der willozen. De uitgevers - in hun rol als bookmakers - gooien wat
olie op het vuur. In de schappen van mijn boekhandel zie ik dat zij de uitgave
van Charles Duhigg, ‘Macht der gewoonte’ voorzien hebben van een rood
stickertje met 'Voor de lezers van Dick Swaab'. ‘Het empatische brein’ van
Christian Keysers staat in de winkel met een aanbeveling van dezelfde Swaab op
het kaft.
Met een been op de
tribune en met het andere op de mat laat ook Coen Simon van zich horen.
Filosoof. Scanloos en in mijn ogen niet kansloos hersenvorser. Ik neem een
pauze en zet geheel en al zelf de ruststand op 1-1. Tijdens deze verstilde tijd
lees ik van Simon ‘Zo begint iedere ziener’ en ‘Waarom we onszelf zoeken maar
niet vinden’.
Op dit moment verlies
ik mij in zijn ‘Wachten op geluk’, dat als ondertitel heeft ‘Een filosofie van
het verlangen’. Ik moet als een koe met het gras, veel werk verzetten om dit te
kunnen verwerken. Zo herkauw ik nu al dagen zijn formulering ‘We kunnen niet
buiten onze eigen wil treden. Dat kun je niet willen’.
Het Nederlands elftal
heeft de eerste wedstrijd achter de rug. Op een reclamebord zie ik dat bij elke kopbal 500 hersencellen afsterven. Eén ding weet ik zeker: ook de volgende match wil ik niet zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten