dinsdag 17 april 2012

'Harry's herhaling'

De dagen na Pasen 2012 loop ik in een déja vu. Permanent. Mijn horizont kantelt. Nog niet eerder wandelde ik in het Sauerland en tegelijkertijd is het landschap me vertrouwd. Links en rechts zie ik het decor uit de jeugdboeken van mijn oudere zusjes. Uitgaven nog van vóór de oorlog, met illustraties gemaakt door lieden die hier kennelijk waren. Of die plaatjes van dit heuvelland als voorbeeld namen. Duits landschap dat rond 1800 als 'romantisch' betiteld wordt. Vanaf de hoge 'Kahler Ast' is die impressie bijzonder sterk. Misschien ook omdat hier op 823 m. tussen de stenen de Lenne ontspringt, die 129,1 km. verderop uitmondt in de Ruhr. Een later torencomplex uit 1884 versterkt het beeld uit de Romantiek. 

Die romantici hebben het in die periode-van-verlangen niet zo eenvoudig: ze lijden aan Weltschmerz. In de tijd dat ik studeer, begin ik aan 'Die Leiden des jungen Werthers'. Ver kom ik niet: dit relatiedrama gaat zelfs mijn grens van zelfkwelling te boven. In de buurt van een forellenrijk meertje komt een verhaal uit een college 'literatuurhistorie' bovendrijven. Twee geliefden dobberen in een bootje op het water. Ze zijn bijzonder gek op elkaar. Meer van elkaar houden dan nu, achten ze niet mogelijk. Ze bevinden zich op het toppunt van geluk. Om vervolgens uit het bootje te stappen. Zwemmen hebben ze nooit geleerd. Het resultaat van hun actie valt niet moeilijk te raden. Ik kijk naar de vissen en schat de diepte op driekwart meter: het zal wel ergens anders geweest zijn.

Is het juist dit type landschap dat verliefden brengt tot dit soort finales? Of gaan mijn gedachten automatisch naar die gekwelde romantici zoals mijn pa en ma 'Op de grote stille heide' inzetten zodra ze ergens ook maar één stukje erica meenden te ontwaren? Ik vermoed het laatste. Ik betrap mezelf op het neuriën van het ouderlijke 'In't groene dal, in't stille dal' wanneer ik een minuscuul waterloopje passeer: Pavlov bedankt! 



Hoewel de klassieke conditionering wellicht een prima verklaring is, mijn déja vu verdwijnt er niet door. Het gevoel blijft: ik leef nu opnieuw wat ik al eerder geleefd heb. 'Harry's herhaling'. Ik krijg wel eens dromen waarin ik weet dat ik droom en die schud ik van me af door te zeggen dat ik droom. Die truc werkt hier niet, dus laat ik het maar zo.


We lopen verder door de klassieke omgeving. De bemoste grillig gevormde bomen missen nog net de signatuur van Gustave Doré. Bij een markant punt wil ik op de foto. Overal staan borden om de mijmerende 'Wanderburschen' op het goede pad te houden. Nog een foto. Déja vu: 'tweelingzicht'. 


's Avonds in het hotel zit wat tafels verderop een lookalike van een voormalig Nederlands tenniskampioen. 'Heb ik die al niet eerder gezien?' Zijn driftig getatoeëeerde partner lijkt op een Portugese wetenschapper die ik ken. Da's wel 'des Guten zuviel', waarna ik denk aan een 'waarnemingsexperiment' in New York. Daarvoor loopt op enig moment een eeneiige tweeling door een drukke straat van Manhattan. Beide helften bewaren een onderlinge afstand van 100 meter. Een camera observeert het publiek. Niemand kijkt om wanneer de eerste helft passeert. Komt de volgende voorbij, dan registreert de camera de verraste, weliswaar vertraagde reacties van de passanten: 'Verrek, dat zag ik zojuist toch ook?'

Ik was hier niet eerder en het is grappig aangenaam te denken dat het wel zo is. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten