In 2008 - op weg
van Tarifa naar Cádiz - maakten wij een stop in Bolonia. Hier bevinden zich de
resten van het Romeinse stadje Baelo Claudia. We bezochten het enorme strand, overnachtten
in een pension, werden wakker gehouden door blaffende honden en ik viel voor dit
gehucht aan de Atlantische Oceaan. Ongekunsteld, een uithoek, een hippiemarktje
dat zichzelf overleefd heeft, en er staat een fikse bries. Aangenaam dus voor
wie de hitte wil ontvluchten die iets verderop in het binnenland heerst.
Op
zondag 5 augustus 2012 parkeer ik om 12.30 uur de auto bij Apartamentos Bolonia
Parasio, voorheen Don Pedro. De eigenaar verklaart de naamswijziging. 'Ik ben
38 jaar onderwijzer geweest, waarvan de laatste acht jaar hoofd in Tarifa. Dus
werd ik aangesproken als Don Pedro. Ik kwam al jong voor de klas en na mijn
pensioen begon ik deze bedoening. Een vriend adviseerde me mijn eigen naam als
voor deze activiteit te gebruiken. Na een tijdje kwam er een brief van een
Madrileense advocaat: of ik maar even wilde betalen. Niet dus, waarna ik de
naam wijzigde. Zijn ze helemaal mesjokke'.
En als hij een tweede papier moet invullen voor het geval hij controle krijgt, verzucht hij: 'Papieren. Poltiek meneer terwijl de crisis ons bj de strot heeft', waarbij hij het schrijfwerk onderbreekt om even zijn eigen keel dicht te knijpen. 'Politici meneer, die vullen hun zakken', en weer stopt hij even met pennen om met gebaren zijn woorden te onderstepen. 'En de bankiers'.
Don Pedro is van 1948, een jaar
jonger dan ik dus. Hij drijft met zijn vrouw een voor dit gehucht flinke tent
met twee eenvoudige appartementsgebouwen. Plus zwembad, waarin ik al snel een
duik neem. Het praatje beschouw ik als folklore, zeker als ik later zijn auto onder de stoffen hoes vandaan zie komen: een nieuw model Audi.
Een paar honderd meter verderop bevindt zich de archeologische vindplaats
van het oude Baelo. Met een prachtig gebouw voor ontvangst en educatie. Vier
jaar terug heb ik het nauwgezet bezien en ik zal het dit keer niet bezoeken.
Met tien geweldige dagen cultuur van Valencia tot Cádiz zit ik even 'aan m'nne
taks', zoals ons moeder zaliger gezegd zou hebben.
's Avonds - voor ik gefrituurde chipirones ga eten - is er een mooie zonsondergang. Op weg naar het restaurantje graast een koe langs de kant van de weg. Een stier, die geen oog heeft voor mijn roze t-shirt. De ezels die vier jaar terug uit de gezamenlijke verzamelplaats voor vuilzakken stonden te vreten, heb ik nog net kunnen ontwaren. Neemt de beschavig hier dus toch toe?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten