zaterdag 6 april 2019

Dagboek Nieuw-Zeeland (21); schaduwkiwi's


07/02
Na een warm afscheid van onze hosts gaan we richting Greymouth. Jacqui geeft ons nog wat tips voor onderweg. Aan de voet van de bewolkte Franz Josef Glacier bezoeken we het Wild Life Centre waar we ook wat kiwi’s zien rondscharrelen in een donker stukje (nagebootst) regenwoud. Ze zijn onderdeel van een programma ter bescherming van deze ‘nationale’ loopvogel. Er zijn vijf soorten kiwi’s, samen goed voor nog 70.000 exemplaren. Er moeten er miljoenen geweest zijn voor de import van fretten (die de konijnen moesten verjagen), de ratten en de buidelratten.

Toenmalig keizer Franz Josef schonk het nieuwe land een aantal gemzen. En zoals verwacht deden die het goed in de NZ Alpen. Evenals de herten en een soortement geit uit de Himalaya. Ook die zijn inmiddels uitgegroeid tot een bedreiging voor met name de flora. Uitroeien of niet? Er zijn voor- en tegenstanders. Voorlopig wordt er gecontroleerd afgeschoten. Hobby-jagers willen graag dat dit soort wild blijft rondlopen. Bovendien zijn er jagers die graag uit het buitenland komen overvliegen om tegen (flinke) betaling Prins Bernard sr. te spelen.

Op een film zien we hoe de gletsjers gemonitord worden. Die zijn er nogal wat in NZ. De verwachting is dat bij onveranderde omstandigheden Franz Josef over 50 jaar voor de helft geslonken is. 

We doen wat inkopen vlak bij het Centre om vervolgens te lunchen aan de rand van Lake Mapourika. Iets verderop parkeren we de auto om (na een ommetje door een stuk regenwoud waar kiwi’s leven; ze sliepen kennelijk) naar het Pakihi Viewpoint te klimmen. Daar kijken we uit op een estuarium tussen de bergen en de zee.

We vervolgen onze tocht over de bochtige SH 6; rechts de NZ Alpen, links - af en toe zichtbaar - de zee. Midden op een lange smalle brug staat een auto. Ik rem op tijd. Panne? Dan zien we dat zes passagiers tussen 3 en 83 jaar tegen de reling opgesteld staan voor een foto die de chauffeur vanuit zijn stoel maakt! Zijn ze zot? Ik toeter en de wagen voor me trekt op. De achterblijvers moeten over een tegelbreed stoepje naar de overkant lopen. Chinezen, mafkezen.

We passeren dorpjes als Hokitika, Arahura, Awatuna. Even tanken in Greymouth, om verder omhoog te gaan richting Runanga en Rapahoe. En dan arriveren we bij B&B Breakers, met een grandioos uitzicht op zee. Het is 17.00 uur, 21°C en overwegend zonnig. We worden begroet door gastvrouw Jan. Binnen doen we de schoenen uit: Maori-gewoonte. Net als het vorige B&B kent ook dit onderkomen geen sloten en sleutels. Ik begin er al aan te wennen.

Jan blijkt Maoribloed te hebben. In de beschermende overeenkomst die rust op de helling voor het huis van haar en haar echtgenoot staat dat aan de aanwezige begroeiing niets veranderd mag worden. Die plek bezit vanuit het verleden een rituele waarde voor de Maori’s. Jan voelt zich daarbij betrokken, staat in de introductie voor de gasten van ‘Breakers’.

Ik zal morgen vragen of zij inmiddels ook aansluiting heeft gevonden bij de Maori-stam met wie de overheid genoemde overeenkomst heeft gesloten. Nu eerst tijd voor een glas wijn op 'ons' terras (voor de sandflies ons opvreten).




Geen opmerkingen:

Een reactie posten