vrijdag 12 april 2019

Dagboek Nieuw-Zeeland (38); kapa haka

24/02
Voor het eerst tijdens deze reis zijn we in een ‘grote stad’. Wellington is met 180.000 inwoners even groot als Den Bosch en flink te noemen, naar NZ maatstaf. ‘Het weer in Wellington kan per dag vier keer veranderen’, lazen we thuis al. Het is fris als de wind recht van de Zuidpool waait. Uit die hoek komt de frissigheid die de hitte (27°C) van de afgelopen week verjaagt. Regen en 12°C op zondagmorgen; veel warmer zal het niet worden. De neerslag is goed voor de boeren.

De hoofdstad van NZ telt veel musea. We zullen ons niet vervelen. Op loopafstand van de B&B bevindt zich het Museum of New Zealand/Te Papa Tongarewa.

Voor we dat bezoeken, bel ik met Minnie. Op het programma staat namelijk een bezoek aan Kapiti Island dinsdag a.s. De overtocht naar dit kleine natuurreservaat is afhankelijk van het weer. Andere Nederlandse gasten die we ‘s morgens aan de ontbijttafel troffen, zagen gisteren de trip die ze vandaag zouden maken, afgelast worden vanwege het weer. Minnie noteert mijn nummer en verder wachten we dus af.

Te Papa zou hét museum van NZ zijn. In elk geval is het dat van Wellington. Aardbevingbestendig gebouwd op een rubberen en loden fundament. En groot. Zes verdiepingen, pracht architectuur, met het verhaal van ‘Mijn Plek’. Tweetalig, met de geschiedenis van zowel de Maori’s als de Europeanen (lees: Britten). Een beeld van hoe NZ werd tot wat het nu is. Met als conclusie (in mijn ogen): ‘We moeten er zuinig op zijn’. Buiten staan reusachtige Maori-kano's opgesteld langs het water. Alsof ze zo kunnen meedoen met de vier-met-stuurvrouw die vanaf het clubhuis voorbij vaart.

Naast de permanente opstellingen, zijn er ook twee grote tijdelijke exposities: ‘Gallipoli’ en ‘Terracotta Warriors’.
We beginnen bij de eerste. Die brengt op imponerende wijze de mislukte invasie van het Turkse Gallipoli in beeld. Een optreden waarbij geallieerde troepen de Turken (die zich solidair met de Duitsers verklaard hadden), na een strijd van 25 april 1915 tot 20 dec 1915 niet wisten te verslaan. Ook soldaten uit NZ deden mee. Er vielen aan beide zijden in totaal 130.842 doden. De Eerste Wereldoorlog is nauwelijks een onderwerp in onze vaderlandsche geschiedenis. Nederland was toen immers neutraal. De tentoonstelling verbreedt ons zicht op deze zinloze strijd.

Op weg naar de etage met de Britse geschiedenis kopen we kaartjes voor het niet-gratis deel: de soldaten van het Chinese terracottaleger. We zagen ‘ze’, mogelijk zwerven er meerdere groepen over de wereld, eerder in het Drents Museum in Assen. De tickets zijn voor morgen 11.00 uur. Mogelijk is het dan iets rustiger.

Om 14.00 uur eten we warm in het restaurant, waar we met een tafelgenote uit Canada onderhoudend praten.

Daarna de etage met de Maori-geschiedenis. Eindelijk kunnen we daar wat dieper op ingaan. Informatief. Met veel materiële getuigenissen. Omdat we niet alles kunnen zien (en na zoveel uur gewoon duf worden), besluiten we morgen gewoon verder gaan. Richting uitgang zien we dat op het plein voor de Gallipoli-expo een zwik klapstoelen in theateropstelling staat. We zien veel Maori’s en gaan gauw zitten. Even later mogen we zeker drie kwartier genieten van het optreden van een Kapa Haka Maori-zang-&dansgroep. Een aangename verrassing. Prachtig.

Iets voor 18.00 uur verlaten we Te Papa. Inmiddels is het droog. We wandelen naar huis; nog niet eerder waren we zo lang in een museum. En morgen mogen we er opnieuw heen. 

Op 6 februari 1640 tekenden de Engelsen en 500 stamhoofden van de Maori’s de ‘Treaty of Waitangi’. De Engelse tekst en de Maori-versie leidden al snel tot interpretatieverschillen. Zeer kort door de bocht: de originele bewoners voelden zich bedot. In 1975 werd er een tribunaal opgericht om tegemoet te komen aan uitingen van irritatie, ongenoegen en verzet. Sindsdien is er sprake van ‘Wiedergutmachung’ waarbij het de vraag is of zoiets absolverend werkt. Besluiten in het koloniale verleden hebben groepen tot elkaar veroordeeld.

Samen ‘moeten’ leven is een kunst, en deze realiteit klinkt ook door in de woorden van de Maori die op zondagmiddag in het museum Te Papa elke volgende ‘act’ inleidt van de Kapa Haka groep.

Hoe kijk ik naar dit in mijn ogen virtuoze optreden waarbij de combinatie van zang, dans, kleding, attributen en niet te vergeten lichaamstaal op mij een onvergetelijke indruk maakt? Het publiek - hoeveel toeristen? - reageert enthousiast. Dit zie ik voor de eerste keer en het komt me bezield en professioneel over. Het is van de kwaliteit die we zaterdagavond zagen in een tv-samenvatting op het Maori-kanaal van het Te Matatini National Kapa Haka Festival 2019. Kijk ik naar nostalgie, klompendansfolklore of naar iets waarin met hart en ziel de identiteit wordt uitgedragen? Ik kies op dit moment voor de derde optie.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten