dinsdag 13 maart 2012

La cucina (9); polenta

Polenta. Mijn moeder zou dat ‘èrremeluisvoedsel’ genoemd hebben. En in het Noord-Italië van toen was het dat ook. In de streek waar familie van mij woont, heet het 'Polenta e Osèi', polenta met vogeltjes ('uccelli'). Het is in Bergamo voor toeristen te koop als een zoetig taartje met een chocoladen vogeltje. Echte polenta staat bij veel restaurants op de kaart. Ik vind het lekker, vooral ’s winters.

De tijd is voorbij dat in Italië het vangen van vogeltjes voor de pot een noodzakelijk kwaad was. Het verhaal wil dat moeders vroeger van water en maïsmeel een plakkerige brij kookten. Die kletsten ze als een bergje op een groot bord dat ze op tafel zetten. In een klein pannetjes had al een vogeltje staan sudderen en dat kwam dan met de saus boven op de polentahoop. ‘Aanvallen’, klonk het en iedereen begon zich met een lepel een weg naar het vogeltje te spaaien. Wie het eerste bij de dooie mus kwam, at die dag vlees. Pa won vaak.

Zet een halve liter water op het vuur. Ruim voor het aan de kook raakt, ga je er langzaam tot zo’n 140 gram maïsmeel doorheen spatelen. Klontvrij s.v.p. Een vork helpt. Een theelepel zout en wat peper toevoegen. Goed blijven en blijven roeren met een houten lepel tot de massa glad en het meel zacht is. De pap zet gemakkelijk aan; voeg wat water toe indien nodig. Of wat olijfolie. Polenta smaakt wat flauw ‘van z’neige’ en voor de pittigheid kan er ook geraspte kaas doorheen. Ik doe er graag wat geraspte parmezan bij.

Op de bovenste foto huisgemaakte polenta met merguez. Lekker, volgens de dame.
 
Polenta gaat uitstekend samen met stoofvlees. Of konijn. Of met ‘salsicce’, worstjes. Of met paddenstoelen en kaas, zoals op de tweede foto. Hiervoor had de kok vooraf gemaakte polenta in wat olie gebakken, er vervolgens in de oven gorgonzola op gesmolten en het geheel overgoten met een krachtige bouillon met paddenstoeltjes. Een lekkernij.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten