woensdag 10 juni 2015

Madeira (1); koplampen

Op donderdag 28 mei is het om 02.00 uur 's nachts druk voor de kassa bij Het Paleis. Wel eens rustiger meegemaakt bij deze eethoek op Schiphol. Wie moeten er op zo'n vroeg uur op pad? Roedels jongelui die net hun eindexamen achter de rug hebben. En senioren; die zijn op elk uur op pad. Plus Hans Wiegel. Waarheen is zijn vlucht? 

Ons reisdoel, Madeira, ligt niet op de route van de 18-jarigen. In het vliegtuig staat de zender op Motown 1980. Herkenbaar voor 'onze' leeftijdscategorie. De dame twee stoelen verderop zingt-neuriet alles mee. Straks gaat de muziek af en komt er een film. Slapen en lezen.

Een kleine vier uur later landen we op het eiland. Wij gaan met een busje naar het hotel. De heer Wiegel blijkt ook meegekomen te zijn; we zien hem richting taxistandplaats gaan. Had hem bijna goedendag gezegd, hoewel ik altijd vreselijk mijn best doe om een BN'er vooral niet te herkennen. Hoe werkt zoiets?

Madeira doet op het eerder gezicht sterk aan de Azoren denken. Alleen hebben ze op die archipel geen stad van de omvang van Funchal: 50% van de eilandbevolking (120.000 mensen) woont hier. Beetje druk.

We komen hier om te wandelen. Sjouwen in de bergen, lopen langs de levada’s. Ben vooral benieuwd naar de tochten langs die irrigatiekanalen. In de stad zelf wordt ook flink gekuierd: op het oor zijn veel Engelsen op pad. Ook op het oog: huidskleur en kledingcode verraden deze lieden direct. Tattoos lijken te ontbreken. Na een hazenslaapje verkennen we de boulevard in het westelijk gedeelte van Funchal. Een oud fort herbergt nu een klein café met groot terras: vrijblijvend uitzicht.

Engelsen zouden aan de voet hebben gestaan van het toerisme naar Madeira. Ik lees dat Winston Churchill graag zijn schildersezel neerzette in het nabijgelegen Câmara dos Lobos. Eerder al waren Engelsen zich gaan wijden aan de bereiding van het fameuze ‘glaasje Madeira’.

Morgen willen we gaan lopen in de Noordoosthoek. De zaklantaarns hebben we thuis laten liggen en daar we de komende dagen beslist door nauwe tunnels moeten, schaffen we ’s avonds twee koplampen aan. Van het personeel krijgen we ongevraagd allerlei adviezen mee: trui in de rugzak tegen kou en waterdruppels in de tochtige doorgangen, geen botbreuken oplopen op de vochtige stenen, geen waagstukken uithalen. Alle jongelui die we in de verschillende winkels treffen, spreken uitstekend Engels. Daar kunnen ze in Spanje en Italië een puntje aan zuigen. ‘Yes sir, tourism is very important for us’.

Op deze breedtegraad valt de donkerte eerder in. Is prima, want we willen nog wat uren slaap inhalen. En morgenvroeg komt iemand om 09.30 uur de auto brengen die bij voor drie dagen inbegrepen is bij het pakket. Ik vermoed dat die persoon zich wel eens punctueel op tijd zich zou kunnen melden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten