vrijdag 26 juni 2015

Sicilië (4); rokende Etna

Maandag 15 juni rijden we van Castiglione di Sicilia naar Casa Pirao, 'het huis van de boswachter' op 1.147 m. aan de noordflank van de Etna. Beneden ons ligt Randazzo,  een oud stadje in het lange en brede dal van de Alcántara. Boven ons ligt de rokende top van de Monte Etna. De top - bedekt met plakken sneeuw - lijkt in de buurt. In werkelijkheid zou het nog meer dan 2.000 m. stijgen betekenen om aan het hoogste punt van 3.391 m. te komen.

Vandaag gaan we tot 1.440 m. op de tocht rond de Monte Spagnolo: de Spaanse berg. Onderweg passeren we een aantal keren lavavelden: kale gestolde lavastromen die op 17 maart 198. naar beneden kwamen. Je kunt hun loop volgen. Randazzo werd gespaard.

De langzaam klimmende weg leidt door dennenbossen en langs open land waar koeien hun weg zoeken. Op wat vrouwen en mannen na die hier aan het werk zijn, komen we de hele dag geen andere wandelaars tegen. Eentje toch; kennelijk iemand uit de buurt met een mand op de rug. Wie weet heeft hij daarin wat verzameld van wat het bos oplevert. 
                         
Bij tijden komt er een intense dennengeur voorbij. De tijm staat in bloei en sommige stukken zien geel van de brem. Veel bloemen en vlinders.

Bij Monte Piluso op 1.356 m. in het zicht van de Monte Spagnolo, pauzeren we voor een broodje kaas. In het dal is het 32C. Op deze wandelhoogte waait een aangenaam verkoelend briesje. Monte Spagnolo betekent 'Spaanse Berg'. Tenslotte regeerden de Spanjaarden hier van 1516 tot 1713. Op het internet lees ik dat kennelijk nergens de herkomst van deze benaming aangegeven staat. Een lokale (Siciliaanse) etymologie zou ook mogelijk zijn.

Lang lopen we met de rokende bergtop voor ons. De Etna is de enige Europese vulkaan die actief is. Tussen de bomen van Casermetta - het hoogste punt voor vandaag - staan drie hutten. Daar laten we de rookpluim achter ons, waarna de weg langzaam naar beneden slingert. Een prachtige en landschappelijk afwisselende tocht.

Naast de wandelgids van Manfred Vöger, volgen we de kaart op Maps.me. Ondanks deze dubbele zekering interpreteren we een bord met aanwijzing verkeerd. Hierdoor missen we een afslag naar Rifugio C. Saletti en Cisternazza. Vanaf het boswachtershuis kunnen we daar alsnog komen via een alternatieve route omhoog. Aangezien we voor vandaag genoeg geklommen hebben, rijden we richting Randazzo waar we wat willen rondkijken en drinken.

Daarna koersen we langs een mooie bochtige weg door het prachtige en wijngaardrijke dal van de Alcántara. Op deze prachtige omgeving hebben we de hele dag uit kunnen kijken. De naam blijkt van Arabische oorsprong: al Qantar, de brug. Veel volkeren zetten in de loop van 3.000 jaar voet op Siciliaanse bodem. Het eiland was van 827 tot 1091 na  Chr. een emiraat. In het huidige Siciliaans-Italiaans verwijzen met name nog wat landbouwtermen naar de Arabische taalinvloed. Op het nabijgelegen Malta is de voertaal nog wel van Arabische oorsprong, iets wat me tijdens een verblijf aldaar in september 2014 verraste.

En na de muzelmannen kwamen de Noormannen.

Morgen gaan we terug om de vergeten hoek te halen.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten