Wat
jaren terug (2013) kocht ik de lekkerste chips ooit, naar mijn idee. Ze waren dik,
uitstekend gebakken, smaakvol en nog veel meer, waaronder een tikkeltje
duurder. Dat mocht ook wel, vond ik. Bovendien bleken ze 'handgeschept'. Dat
leek me zo ontzettend speciaal, dat ik Albert Heijn een vraag stuurde. Zo komt
handgeschept papier op een zeer arbeidsintensieve manier tot stand en is
daardoor behoorlijk prijzig. Als deze chips op dezelfde manier uit waterige
aardappelpulp gezeefd zouden zijn, leek me hun prijs juist aan de lage kant.
Hoe kon dit dus, vroeg ik de afdeling Communicatie. Die wist dat niet (of mocht
dat niet zeggen), want in de eerste reactie uit Zaandam stond dat het antwoord
uit de hoek van de direct betrokken makers zou komen.
Inmiddels
weet ik - ook zonder verder iets van de producent vernomen te hebben - de
oplossing. Kennelijk hadden anderen de zaak ook aangeslingerd en tijdens een
aflevering van 'Keuringsdienst van Waarde' bleek hoe machinaal de ambachtelijke
bereiding was. Volgens AH moest 'handgeschept' begrepen worden als 'met de hand
omgeschept tijdens het bakproces'. Voilà.
Is
er geregeld sprake van boze opzet bij activiteiten op het gebied van marketing
en reclame? In elk geval ben ik sinds kort - na een rechterlijke uitspraak - in
het bezit gekomen van een aantal extra loten van de Staatsloterij. Laten we
zeggen dat die organiserende overheidsonderneming wat slordig was. Erger zijn
de oplichters pur sang: die worden uitgerookt, voor zover ze te pakken zijn, in
tv-programma's. De schandpaal lijkt een ergere afstraffing dan boetes of
brommen.
Is
overdrijven in verleidende teksten boze opzet? Ja. Hoewel niet strafbaar: de
lezer of luisteraar wordt immers verondersteld een en ander met een korreltje
zout te nemen. Soms met meer dan een korreltje. Tijdens onze wandeling langs
het Drongelens Kanaal afgelopen woensdag die uiteindelijk uitkomt bij een
restaurant vertel ik jeugdvriend J. over een die ochtend gelezen aanprijzing.
De eigenaar van een nieuwe eetgelegenheid gaf aan dat koken hem en zijn mensen
'in het DNA zit'. Uiteraard is dat kletskoek. Eerder gaat het om een
modeverschijnsel want die DNA-bewering kom je tegen bij de zelfaanprijzing van
allerlei beroepsgroepen. Vaak in het gezelschap van het woord 'robuust'. Ook
een noviteit. Aangehaalde patroon sloot zijn verhaal af met 'We are food'.
Vanzelfsprekend bekt dat niet echt in het Nederlands: 'Wij zijn voedsel'.
Vandaar dat rammelende Engels.
Inmiddels
zijn we gearriveerd bij het restaurant waar we buiten in de late zon ons
dispuut zullen voortzetten. Terwijl hij plaatsneemt, herhaalt J. de kreet 'We
are food'. Met meteen daarna:'Vèrrekes. Als die dat nou zouden zeggen'. Mijn
tafelgenoot is opgegroeid op een boerderij. Je kunt de jongen wel weghalen van
het erf: het erf krijg je nooit uit de man.
'We
are food' boze opzet? Gewoon stupide.
Dan
bestaat ook nog zoiets als 'de ergerniswekkende gepermitteerde misleiding'.
Deze vorm komt geregeld ook in het tv-programma 'Keuringsdienst van Waarde' aan
de orde. Denk je bruin brood te eten, lekker vezelrijk, goed voor de darmen,
blijkt de kleurstof uit een potje gehaald te worden. De darmen hoeven
nauwelijks in actie te komen. De Goudse kaas wordt vervaardigd in Wanneperveen,
het gehakt van de Black Angus is niet raszuiver en de marsepein bestaat uit
geprakte witte bonen. Dit soort leugens mag van Brussel. De producent kan er
dus niet om vervolgd worden. Doet me denken aan het verhaal van een zwager uit
de tijd dat hij bij Zwanenberg werkte. Tijdens een rondleiding kwam er een
vraag uit de afvaardiging van de Plattelandsvrouwenvereniging over de
samenstelling van de leverkaas. Die de gids ad rem beantwoordde met: 'Zit er
koningin in de gelijknamige soep?'
De
gezondheidsclaim, nog zo-eentje. Allerlei voedingsmiddelen bevorderen de
stoelgang, houden de afbraak van de botten tegen, leveren de juiste vitamines,
roepen de vergeetachtigheid een halt toe. Ze worden als heilzaam aangeprezen
door de fabrikanten, gezondheidsbloggers en -vloggers, BN'ers en andere
zelfbenoemde specialisten. Consumentenverenigingen, deskundigen en
voedingsbureaus vormen een tegenwicht. Zolang de waarde niet proefondervindelijk
bewezen is, blijft er van veel claims weinig over. Met enige regelmaat wordt
een bewering aan de rechter voorgelegd. Ook onderzoekers laten van zich horen.
André Aleman zet in 'Het seniorenbrein' (2012) op een rijtje wat aantoonbaar de
grijze massa bij ouderen vitaal kan houden. Bij de voedingsafdeling slaat de
twijfel toe over wat als hulp door markt en veronderstelling aangeprezen wordt
toe. Martijn Katan rekent met 'Wat is nu gezond? Fabels en feiten over voedsel'
(2008) en 'Voedingsmythes: over valse hoop en nodeloze vrees’ (2016) af met
volkswijsheden, bedenksels en angstaanjagerij. Genadeloos is zijn oordeel over
een aantal zaken. Over vitaminesupplementen, bijvoorbeeld. Ook op dit terrein
heeft de wetenschap het moeilijk, want we leven in het tijdperk van 'ik vind
& ik voel het zo'.
Op
vrijdag 19 mei fietsen mijn vrouw en ik vanuit Camiers-St. Cécile naar de
Franse badplaats Le Touquet-Paris-Plage. Bij de entree van deze gemeente in de
Pas-de-Calais vertelt de tekst op een bord ons dat we nu een van de meest
elegante stranden van dit land naderen. Eenmaal aan zee stel ik vast ik dat die
lovende woorden 'La plage la plus élégante de France' ongetwijfeld bedacht zijn
door een ambtenaar of copywriter die sinds lang niet meer op de boulevard is
geweest. Daar hebben projectontwikkelaars naar Belgisch voorbeeld al heel wat
typerende huizen van rond 1900 vervangen door karakterloze
appartementsgebouwen. Elegant, dat dametje Touquet, zeker; met een ladder in de
kous.
Verleiders (1) klik
Verleiders (2) klik
Geen opmerkingen:
Een reactie posten