zaterdag 18 april 2020

Levante Almeriense (5); 1568


In de voormalige Spaanse Lage Landen zal het jaartal 1568 direct de relatie leggen met het begin van de Tachtigjarige Oorlog. In hetzelfde jaar kreeg Filips II te maken met een tweede opstand binnen zijn rijk. Die was van korte duur: in 1571 werd de muitende partij verslagen en begon de deportatie van de dwarsliggers. Een aantal 'moriscos' werd ook tot slaaf gemaakt en verkocht binnen Spanje.

Met de val in 1492 van Granada - en daarmee van het laatste Arabische rijk op het Iberisch Schiereiland - werd de Reconquista afgerond. De positie van overwonnen mohammedanen veranderende door bijvoorbeeld de opdracht om katholiek te worden. Ze werden tweederangsburgers en uiteindelijk leidde hun ongenoegen over deze behandeling in het voormalige ‘Rijk van Granada’ tot een gewelddadige uitbarsting. De strijd staat nu bekend als La Rebelión de las Alpujarras. In de historiebeschrijving van menig wit dorpje dat wij bezoeken, wordt deze opstand vermeld. Ook zijn er bijna overal andere verwijzingen naar het Arabische verleden. Soms wat verborgen, zoals de aanwezigheid van een bron in Bédar met Arabisch opschrift. Dan weer meer in het oog lopend, zoals de Arabische baden in de palmenstad Elche (Valencia). En een beeldhouwwerk in dezelfde plaats dat verbonden is de in Spanje populaire festiviteit ’Moros y Cristianos’.

Overigens bestaat er inmiddels de nodige interne kritiek op de term ‘reconquista’, een begrip dat pas tijden na de afronding van de oorlogshandelingen ingevoerd werd. Eerder zou sprake zijn van een ‘conquista’, een verovering, dan van een herovering. De vorsten uit het autonome Navarra, Castilië, Léon etc. waren niet uit op de restauratie van het voormalige Visigotische rijk dat het schiereiland omspande. Het katholieke geloof terugbrengen werd uiteraard ook aangehaald als motief voor het streven naar machtsuitbreiding.     

Filips II zette de politiek voort van zijn voorgangers: ieder over wie hij regeerde moest katholiek zijn en blijven. De deportatie van de moslims ging door en de ongehoorzame aanhangers van de gereformeerde stroming konden op straf rekenen. De verbanning - vaak naar het huidige Marokko - van de mohammedanen werd begin 17de eeuw voltooid.

Toch zijn er anno nu personen die vinden dat daarmee de Reconquista nog niet ten einde is. Dit geluid is populair binnen een nieuwe politieke partij: Vox. Na de dood van dictator Franco in 1975 kende de Spaanse politiek decennialang twee richtingen: links (PSOE) en rechts (PP). Inmiddels zijn er meer wegen die naar Rome leiden en sindsdien wordt het steeds moeilijker om een werkbare regeringscoalitie te vormen.

Vox is rechtser dan de Partido Popular (PP), en met een fikse score tijdens de laatste nationale verkiezingen is deze zeer conservatieve club inmiddels een machtsblok van betekenis is geworden op regionaal en landelijk gebied. Het gezin moet weer de hoeksteen der samenleving worden en allerlei ‘afwijkingen’ zijn taboe: abortus, huwelijken tussen personen van hetzelfde geslacht, niet-katholieke overtuigingen.

Een belangrijke vent binnen Vox is Francisco Javier Ortega Smith-Molina, de tweede man van die partij. Martiaal franquist tot op het bot. Ben benieuwd welke rol hij speelt bij de lokale uitvoering van ‘Moros y Cristianos’.

Als op 2 januari 2020 Granada de inname van de stad in 1492 herdenkt, staat hij met zijn ‘reconquista’-ideeën vooraan. Met zo’n achternaam die naar Spaanse, Engelse en Italiaanse wortels verwijst, lijkt het me een zware opgave voor de Argentijns-Spaanse drager hiervan om vol te houden ‘dat hij van alle vreemde smetten vrij’ is. Iets dat speelt bij meer xenofobe politici.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten