zondag 11 september 2011

Stinkieworst

Deze week heb ik een nieuw woord geleerd: 'stinkieworst'. Het betekent salami. Mijn achternichtje van drie gebruikt het terwijl mijn rugzak volgestopt wordt met broodjes, krentenbollen, koekjes en chips. Een familiedagje Diergaarde Blijdorp. 'Opa lust geen stinkieworst', gaat ze ondertussen verder. Dat weet ik dan ook weer en het verbaast me niet: mijn generatie at snijworst. Salami was behalve vies vooral iets uit verre oorden waar ook olijfolie populair was. Je raakte ervan aan de flodder en het verpeste je adem.

Wij Nederlanders aten dus nooit knoflook. Het gebruik daarvan is recent en loopt parallel met de komst van gastarbeiders uit Griekenland, Italië en Spanje. 'Onzin', zeggen de eethistorici. Om meteen met de beschuldigende vinger richting huishoudscholen te wijzen. Die instituten zouden ervoor gezorgd hebben dat de knof meer dan een eeuw geleden uit de Hollandsche Pot verdween. Conclusie: dit goedje was niet uitheems, 'wij' maakten het uitheems. En daarmee tot een 'te wantrouwen' ingrediënt.

Mijn moeder (1903) ging na de lagere school werken. Geen huishoudschool dus, want arbeidersmeisjes hadden daar geen tijd voor. Treurig, want ze kon goed leren. In elk geval is ze daarmee wel ontsnapt aan de terreur van de kookboeken die op deze leerinstellingen gepropageerd en geproduceerd werden. Volgens dezelfde geschiedkundigen zorgden die werken er namelijk voor dat binnen onze landsgrenzen een smakeloze keuken ontstond.

Moeder leerde lekker koken toen ze bij mevrouw Biesaart in dienst was. 'De Franse keuken', zei ze altijd en dus gebruikte ze thuis knoflook. Niet uitbundig en vooral stiekem, want mijn pa meende dat hij er een hekel aan moest hebben. Vóór het bakken van het vlees haalde ze even een teentje door de bruinende boter. Dit feit heeft ze jaren voor ons verborgen weten te houden. Uiteindelijk niet voor mij en toch heb ik mij vroeger in landen aan de Middellandse Zee verzet tegen het eten van dit spul.

Zoals velen geloofde ik dat knoflook als niet-inheems product niet te consumeren was. Kletskoek en die tijd ligt gelukig al meer dan vier de decennia achter me. In de echo van het fantasieloze huishoudschooldenken blijkt het eten van knoflook voor mensen nog steeds een gruwel. En ontstaan dus woorden zoals 'stinkieworst'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten