dinsdag 31 maart 2020

Babyboomcarnavalsbende

Deze tekst verscheen als column in de rubriek ' Onder de Boschboom' op 19 februari in De Bossche OmroepI

Wij babyboomers hebben het de laatste jaren wel gevreten, nondeju. Te lang de kachel op kolen gestookt, vervolgens op aardolie en nu op gas. Bovendien drinken we te veel. ‘We vormen de generatie die gewend is te drinken’, zei nota bene een leeftijdsgenoot twee jaar terug namens de Ouderenbond. Sindsdien lijkt een alcoholpauze tijdens de Vastentijd populair onder de ‘boomers’ met drinkschaamte.

Tijdens de carnaval na genoemde judasuitspraak kwam ik de zoon van een kennis tegen. ‘Nu mag het nog’, zei hij, terwijl hij me een glas bier overhandigde. ‘Aswoensdag begint jullie drooglegging’.
Onze drooglegging? Ik keek hem wat daas aan, hoewel dit pas mijn derde biertje die ochtend zou worden. ‘Ja’, ging hij verder, ‘Goeie actie van de ouderenbond. Gezond ook. De generatie van jou en van pa drukt wel flink op het nationale zorgbudget’.

Ik dacht: ‘Ik zal oe hebbe, vader’. Want wie moest er na het examenfeest zonodig tussenuit? Je kon ‘m op internet volgen via ‘Waar zit ik?’ Nou, hij zat niet: hij lag. Op de witste stranden, met de mooiste meiden die dus ook de noodzaak voelden om zichzelf na 18 jaar lummelen te leren kennen.
Na een jaar lamballen zat hij weer op zijn jongenskamer om te gaan studeren. (Zijn mama: “Het was wel even wennen hoor, na al die vrijheid die we thuis hadden”.) Vervolgens slipte de trein in de late herfst op te natte blaadjes en toen huisden zijn ouders hem met een gehuurde boedelbak over. Afijn, iets buiten schema afgestudeerd, meteen een baan (Zijn papa: “Na zijn stage wilden ze hem zo graag houden”.) Leasebak, leuke partner en serieus denken aan een gezin. Plus huis. Plus studieschuld. Plus hypotheek. Voor dat laatste mocht papa, gepensioneerd babyboomer, wel mooi mee naar de bank. Om garant te staan.
Kijk, dat dan weer wel, jongen. Want je ouders hadden leren sparen. SPAREN. Geld wegzetten voor later, snap je? Want zo zijn wij opgevoed, kerel. Wij, kinderen van de Wederopbouw en de Bestedingsbeperking. Met ouders die de Tweede Wereldoorlog nooit meer kwijt zouden raken. Uitgerekend jij gaat mij vertellen dat wij op het zorgbudget drukken ....

Ik keek ‘m aan. Wat ik had willen zeggen, stierf op weg naar woorden. Het zou toch niet meer worden dan het zoveelste verhaal uit  – in zijn ogen –  de ‘prehistorie’, waarmee ik alleen mezelf zou bereiken. Zwijgend nam ik zijn glas aan om na een kleine stilte te zeggen: ‘Merci. Daar drinken we dan op. Doe je ouders mijn hartelijke groeten. Ik bel je pa binnenkort voor een goed glas trappist. Bedankt voor de pils. Proost’.

Die trappist met zijn pa kwam na de Pasen; vanwege onze 40-daagse drooglegging dus. En dit jaar?

Harry van den Berselaar



Geen opmerkingen:

Een reactie posten