woensdag 3 november 2010

Tonijn

‘Tenerife met andere ogen’. Met dat in gedachten ben ik hier gisterenmorgen uit het vliegtuig gestapt. Het kleine appartement dat vier weken mijn ‘thuis’ zal zijn, ligt op de mooiste plek van het lichtelijk volgebouwde conglomeraat Los Cristianos - Playa de las Américas. Precies tegenover la Playa de las Vistas, op een ‘boogscheut’ van de haven van Los Cristianos.

Los Cristianos betekent ‘De Christenen’. Het is maar een weet, en als naam nauwelijks verwonderlijk in een land waar Jesús net zoveel voorkomt als Juan en Enrique. Zegt iets over de geschiedenis van de natie Spanje, die eigenlijk begon tijdens het bewind van los Reyes Católicos, de Katholieke Koningen, die hun dochter uithuwelijkten aan Philips de Schone. Na de plotse dood van die knapperd, werd Johanna op slag knettermaf. Vandaar dus Juana la Loca. Is overigens een mooie film van.

Door de open schuifpui hoor ik vanavond de oceaan ruischen. Ja hoor, de ‘De zee klost voort in eindeloze deining’ van de ouwe Willem Kloos zou ook hier op een bord bij het strand kunnen staan. Dus geen ‘beelden’ maar ‘poëzie’ aan zee (voor de Hagenezen).

Poëtisch en tegelijk ‘hard labeur’ is hier het beroep van visser. Vanmorgen en vanmiddag heb ik de kleine boten zien terugkeren van de Atlantische Oceaan. Ook hier hangen aan de kaai voormalige varensgasten rond die graag ingaan op mijn domme vragen. De tonijn die op de foto in de takels hangt, zou zo’n 120 kilo kunnen wegen. De ploeg die hem (of haar) om 18.45 uur aan land bracht, voer vanochtend om 05.00 uur uit. De tocht naar de visgrond duurde twee uur, en dit exemplaar is met de hengel gevangen, waarvan akte.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten