De ingang van de crypte ligt precies onder
onze kamers in de pousada Dom Afonso II. Na een uitstekende inleidende film
bezoeken we de ondergrondse etage. De permanente expositie begint met een
samenvattende tijdsbalk ‘van nu naar toen’. Daarna lopen we tussen de fundamenten
met elementen uit de IJzertijd, de Fenicische, Romeinse en Arabische periode.
Ook zijn er grote en kleine vondsten uit deze tijdperken te zien.
Bij het herstel van het voormalige monument
is er ‘sparend gebouwd’: de nieuwe dragende elementen hebben de aanwezige
archeologische resten zo veel mogelijk gerespecteerd.
Al lopende proberen we ons te oriënteren: ‘Op
welke plek onder het hotel bevinden we ons nu?’
Op een bepaald punt valt licht naar binnen. Boven ons bevindt zich de glazen blok die we in het midden van de binnenplaats classificeerden als ‘kunstwerk in vijver’. Rond die open ruimte loopt de kloostergang. We zijn dus onder het claustrum, het centrale kloostergedeelte.
Op een bepaald punt valt licht naar binnen. Boven ons bevindt zich de glazen blok die we in het midden van de binnenplaats classificeerden als ‘kunstwerk in vijver’. Rond die open ruimte loopt de kloostergang. We zijn dus onder het claustrum, het centrale kloostergedeelte.
In de loop der eeuwen hebben de sporen uit de
verschillende bewoningsperioden zich met elkaar vermengd. Tekeningen en andere
aanwijzingen maken duidelijk wat bij welke tijd hoort.
De vitrines laten prachtige kleine vondsten
zien. De Feniciërs brachten als eerste ‘bezoekers’ ook sieraden en amuletten
mee uit bijvoorbeeld Egypte.
Ik ben extra geïnteresseerd in wat ik tijdens
deze reis tegenkom uit de Arabische periode. Voor Alcácer do Sal eindigde die -
na iets meer dan vijf eeuwen - definitief op 18 oktober 1217. Dicht bij de
pousada is met name de vestingmuur uit die tijd zichtbaar. Plus een opgeknapte
toren die na zonsondergang mooi verlicht is.
In de architectuur vallen meer zaken met
Arabische wortels aan te wijzen. Typische schoorsteentjes bijvoorbeeld. Op
sommige oudere plekken lijkt het alsof je in de kasba loopt. De rijstproductie
die grootschalig langs de rivier plaatsvindt, kreeg een sterke impuls na 711.
In de keuken-van-alledag is het nadrukkelijke gebruik van kruiden en specerijen
als koriander en kaneel ook schatplichtig aan de periode tot 1217.
Zoals in wat later Spanje werd, betekende ook
hier de Reconquista geen abrupte breuk met de voorgaande tijd. Veel ‘Portugese’
Christenen waren Mohammedaan geworden, de oude moedertaal was verdwenen en daar
waar het oude geloof en de romaanse volkstaal nog bewaard waren - bij de
Moçárabes - bleken deze nauwelijks herkenbaar voor de ‘bevrijders’.
In Portugal eindigde de Reconquista in 1249
met de herovering van Faro. De Spaanse in 1492 met de val van Granada.
Voor ons is deze crypte een zeer verrassende
ontdekking. Inhoud en vormgeving sluiten naar kwaliteit gemeten aan bij de
grotere vindplaatsen in het Spaanse Mérida (Museo Nacional de Arte Romano) en
Cádiz (la Casa del Obispo).
Een wat uitbundigere reclame voor dit
fenomeen zou de pousada (en de gemeente) niet misstaan, suggereren wij ‘s
avonds tijdens het diner aan de leidinggevende.
Ter afsluiting van deze interessante en
zonnige dag kiezen we opnieuw voor een menu dat de regionale keuken alle eer
aandoet. Dit keer afgesloten met een Portugese cognac van het merk
Macieira.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten