maandag 15 april 2019

Dagboek Nieuw-Zeeland (50); gebrobbel en geblup

08/03
De meeste adressen waar we verblijven, zijn B&B’s. Vaak is het ontbijt inbegrepen en dat wordt bijna altijd in de gezinshuiskamer genuttigd. Als er ook andere gasten zijn, gebeurt dat aan een gemeenschappelijke eettafel. (Een paar keer was ook het avondmaal inbegrepen: op afgelegen plekken in de Catlins en de Westcoast, beide op het Zuidereiland.) Sommige B&B’s hebben een (kleine) kookgelegenheid om zelf de avondmaaltijd te bereiden. Voor (zelfstandige cottages) geldt dat ook.

Hoe de variant ook is, altijd blijken gastvrouw- en -heer zeer betrokken. Ze vormen een belangrijke bron van informatie voor het inrichten van je ‘programma’.

In Rotorua is Ken zo iemand. Hij adviseert ons om buiten de gebaande wegen te gaan binnen de grote hoeveelheid van wat deze stad en haar interessante omgeving te bieden hebben. Zo bezochten we vrij snel na aankomst een aantal meren. En kozen we voor de dagen erna Te Puia, Waimangu Volcanic Valley en Kerosine Creek. Ken praat graag over zijn land. Er zijn veel specifieke en algemene onderwerpen om over van gedachte te wisselen.

Vrijdag staan wij om 12.00 uur bij de kassa van Waimangu Volcanic Valley. Met een uitgebreide Nederlandstalige beschrijving gaan wij op pad. Er zijn 32 punten beschreven. De info is aangeleverd door een tweetal onderzoekers van gerenommeerde instituten. Dus lezen we van alles over de opbouw van het landschap, de ‘creatieve’ werking daarop van een aantal vulkaanuitbarstingen, de ondergrondse loop van water, gassen, stromingen, de chemische reacties aan de oppervlakte en het omstaan van de kleuren die we zien in het water en op de rotsen.

De mooi aangelegde route door het regenwoud leidt langs oude en jongere kraters, meren, stroompjes. Overal stoom, gebrobbel, bluppende modder, opborrelend water, warmte. Een geweldige ervaring. We roepen voorgaande wandelingen in herinnering die we de afgelopen decennia maakten in gebieden met actieve ‘thermale’ activiteiten: Indonesië, de VS, de Azoren, de Canarische Eilanden. De vallei waar we nu lopen, spant door variatie en schoonheid de kroon.

Er zijn meer bezoekers; we lopen elkaar niet in de weg. Verre van dat. Af en toe valt er wat regen. Twee keer giet het kort en dan steken we de bij de entree geleende plu’s op. Verder blijft het zonnig en aangenaam kortebroekenweer met 22°C.

Dan komen we aan Lake Rotomahana, waar we in een kleine baai zeker honderd zwarte zwanen zien. Toen op 10 juni 1886 de nabijgelegen vulkaan Tarawera uitbarstte - we zagen deze berg afgelopen woensdagmiddag - veranderde de wijde omgeving. Zo raakte het dorp Te Wairoa bedolven. Mensen kwamen om, huizen en hotels werden verwoest, meren verdwenen, nieuwe ontstonden: de landkaart moest opnieuw ingevuld worden. De aardkorst is op deze plek nog steeds dun.

We lopen van het meer - punt 32 - terug naar punt 28, bus stop 2. Als we in de shuttlebus stappen, begint het te stortregenen. Eindelijk neerslag in dit land dat een zeer droge zomer kent en een permanente code rood vanwege brandgevaar.

Na 15 minuten neemt de heftigheid af. We pakken de auto en rijden richting Kerosine Creek. Ken raadde ons deze plek aan als alternatief voor een spa. Het warme water van de rivier is populair, ook bij lieden die op de afgelegen parkeerplaats graag volgepakte campers, busjes en andere wagens openbreken. ‘Geloof niet dat ZN een plek zonder criminaliteit is’, zei Ken gisteren. Dus heb ik vanmorgen de Toyota helemaal leeggemaakt voor we op pad gingen. En als we naar het riviertje lopen, staan in de wagen alle kleppen en kastjes open. Inmiddels is het nagenoeg droog.

Het watertje kronkelt door het regenwoud. Er zijn kleine watervalletjes waar mensen een warm bad nemen. We vinden een flinke kom achter een stuk rots waarover de stroom schuimend naar beneden komt. In een mum zijn we omgekleed in zitten we in het warme water. De naam doet qua geur zijn naam eer aan. Met zeven mensen in deze grote badkuip hebben we alle ruimte.

Na een kwartiertje komt een groep van zo’n 20 jonge mensen over het pad: Amerikanen. Enthousiast laten zij zich te water, waarop ik het pierenbadje verlaat om als eerste, via de truc met het badlaken, de zwem- voor de korte broek in te ruilen. Als mijn vrouw zich om staat te kleden, komen ook de jonge Amerikanen uit de ‘pool’. Niks gejongleer met handdoeken: meteen de kleren aan over natte bikini’s, badpakken en tot de knie reikende zwembroeken. Gemakzucht? Gehardheid? Of toch uit pudeur? Misschien zijn hun handdoeken net vandaag in de was.

En dan rijden we weer naar Cottage Azalea in Rotorua. De lucht is effen grijs, de temperatuur is tot 15°C teruggevallen en wanneer we bij New World nog wat in huis gehaald hebben voor het avondeten, vallen de eerste druppels. Dit keer een malse bui die drie uur lang de varenbomen en ander gebladerte in de tuin rond ‘ons’ huis laat ruisen.

Voor de zoveelste keer die dag neurie ik onder de afwas (heel zacht) het 'Stoomlied' van Ed en Willem Bever (klik).



Geen opmerkingen:

Een reactie posten